0
0
In het Egypte van duizenden jaren geleden was magie heel vanzelfsprekend. De Egyptenaren geloofden dat de goden leven en dood in handen hadden en dat magie de enige manier was waarop ze invloed konden uitoefenen op hogere machten. De expositie Egyptische magie in Rijksmuseum van Oudheden vertelt hoe de oude Egyptenaren met magie omgingen.
Het magische verhaal wordt verteld aan de hand van ruim driehonderd objecten uit de tijd van de farao’s, afkomstig uit de Egyptische collecties van onder meer het Leidse museum zelf, het British Museum en het Louvre. Manshoge beelden van priesters en goden, bezwerende en kwaadafwerende formules op papyrus, tovergerei en amuletten laten zien hoe magie in het oude Egypte onlosmakelijk vervlochten was met het dagelijkse leven.
Blikvangers in de tentoonstelling zijn de imposante beelden van de leeuwinnengodin Sachmet en van priester Chaemwas uit het British Museum. Chaemwas was een zoon van farao Ramses II en één van de grootste magiërs van Egypte. Bijzonder is ook de vijf meter lange zogeheten Leiden‐Londen‐papyrus, die voor het eerst in zijn geheel te zien is. De twee helften van dit toverboek met 98 spreuken en recepten zijn 180 jaar van elkaar gescheiden, in het Rijksmuseum van Oudheden en het British Museum.
Veel van de voorwerpen in de tentoonstelling hebben niet alleen een mystieke betekenis, maar zijn ook mooi. Fraaie voorbeelden zijn het ‘genezende beeld’ van een priester en de unieke bronzen toverstaf in de vorm van een zigzaggende cobra uit het Louvre . Je zou bijna zeggen dat ze een betoverende schoonheid bezitten.
Egyptische Magie, t/m 13 maart in Rijksmuseum van Oudheden, Leiden
