Théodore Strawinsky (1907-1989) werd geboren in een muzikale familie – vader Igor was de beroemde componist en grootvader was operazanger – maar zelf had hij meer talent als schilder. Museum De Buitenplaats in Eelde geeft hem zijn eerste solotentoonstelling in Nederland, dat hij als zijn tweede thuisland beschouwde.
Igor herkende al vroeg het tekentalent van zijn in Rusland geboren en in Frankrijk opgegroeide zoon en nam hem mee naar Pablo Picasso, Georges Braque, André Derain en Henri Matisse. Zij werden zijn leermeesters en vervolgens schildersvrienden. Zijn academische opleiding volgde hij aan de Académie André Lhote in Parijs.
Volgens vader Igor zette niemand zijn muzikale concept zo treffend om in decor- en kostuumontwerpen als zijn zoon. Théodore ontwierp deze daarom voor onder meer de voorstellingen Les Noces, Petrouchka, The Rake’s progress en l’ Oiseau de feu. Ook voerde hij opdrachten uit voor menig kerk en kathedraal. Beroemd voorbeeld zijn de zestig ramen voor de Christus-Koning-Kerk in het Zwitserse Fribourg.
In Nederland maakte hij in steden als Den Bosch, Breda en Almelo muurschilderingen in kerken. In die laatste plaats schilderde hij in 1968 een fries van 72 meter met daarop 24 momenten uit het leven van Jezus. De kerk is afgebroken, maar de fresco’s werden overgezet op doek en leven daardoor voort.
Strawinsky oogstte eveneens succes met zijn schilderijen en tekeningen. Op de expositie in De Buitenplaats zijn landschappen, stillevens, portretten en ontwerpschetsjes te zien. Ze worden afgewisseld met zeldzame foto’s en privécorrespondentie.
Théodore Strawinsky – De naam, het werk, de kunst!, t/m 5 februari 2012 in Museum De Buitenplaats, Eelde