Recensie
Het is druk in het Drents Museum. In groten getale zijn mensen naar Assen getogen om naar andere mensen te kijken. Dode mensen welteverstaan. Het relatief kleine museum is er andermaal in geslaagd een tentoonstelling van formaat naar Nederland te halen. Ditmaal toont het mummies, in verschillende soorten en maten.
Mummies fascineren, mede dankzij horrorverhalen en -films. Daarin staan ze op uit de dood en hebben ze het niet heel goed voor met een ieder die hun pad kruist. Of ze vervloeken degene die hen waagt te storen in hun diepe slaap, met de dood tot gevolg. Enkele leden van de expeditie die de tombe van Toetankhamon ontdekte, stierven vlak na de vondst ook werkelijk op mysterieuze wijze, maar daar kwam geen magie aan te pas. Inmiddels is duidelijk dat hun menselijke lichamen simpelweg niet opgewassen waren tegen de vrijgekomen bacteriën.
In het Drents Museum houden de mummies zich gedeisd, maar ze bevinden zich voor de zekerheid wel achter glas. En er mag nadrukkelijk niet gefotografeerd worden. Wellicht om te voorkomen dat ze toch opstaan?
De mummies uit boek en film komen uit Egypte, maar de tentoonstelling laat zien dat dat Afrikaanse land niet het alleenrecht heeft op goed geconserveerde doden. Sterker nog: de oudste mummies komen uit Zuid-Amerika. De Chinchorro’s, een volk van vissers, mummificeerden massaal hun doden. Een paar duizend jaar voordat de Egyptenaren daarmee begonnen.
En lang niet alle mummies zijn in doeken gewikkeld, blijkt in Assen maar weer eens. Er zijn tevens andere soorten mummies, die door natuurlijke oorzaken en verschillende mummificatietechnieken goed bewaard zijn gebleven. “Ik had toch echt allemaal van die dingen met lappen eromheen verwacht”, zegt een moeder tegen haar dochter. Ze ziet echter ook een indiaan, met tooi, maar zonder stoffen windsels. Een jong meisje uit Hongarije lijkt in haar mooiste jurk eveneens in niets op een traditionele Egyptische mummie.
Behalve menselijke mummies zijn er ook veel dierlijke exemplaren aanwezig. “Hé jongens, dit is een krokodil!” klinkt het verbaasd uit de mond van een jong meisje, als ze in een vitrine een heel kleine mummie ziet liggen. Ze zal ook nog een brulaap, een kat, een valk, een eekhoorn en zelfs een vis zien.
Het meisje is één van de verrassend veel kinderen die deze zaterdag de tentoonstelling bezoeken. Eng lijken ze al die dode mensen en dieren allerminst te vinden. En echt griezelig is de presentatie inderdaad ook niet. Al zijn sommige mummies zeker enigszins luguber, zoals het hoofd van een Maoriman, met tatoeages op zijn gezicht. Achter andere lijkt een tragisch verhaal schuil te gaan. Want wat is er gebeurd met die moeder met haar twee jonge kinderen?
Maar bovenal is de expositie erg leerzaam. Want wist je dat in vroeger tijden mummies werden vermalen en gebruikt in medicijnen? Na een bezoek aan Mummies weet je dit en nog veel meer wat je eerder nog niet nog niet wist.
Mummies – Overleven na de dood, t/m 31 augustus in het Drents Museum, Assen
Waardering: @@@@@@@@@@