Expositie
Museum Meermanno besteedt vanaf komende zaterdag aandacht aan kunstenaarsboeken. Het toont ruim 150 boeken van kunstenaars die tot de wereldtop behoren. Volgens het museum zijn kunstenaarsboeken vaak een onderbelicht onderdeel van hun werk.
Op de tentoonstelling zijn onder meer voorbeelden te zien van het livres de peintre, met werk van kunstenaars als Picasso en Matisse. Livres de peintre (letterlijk schildersboeken) ontstonden eind negentiende eeuw in Frankrijk. In deze luxe boeken werd vaak een gerenommeerd literair werk gecombineerd met originele illustraties van een eigentijds beeldend kunstenaar.
In de jaren vijftig kwam er een nieuw type op de markt: een goedkoop kunstenaarsboek, met een sterk beeldend karakter. Een uitgave die in zijn geheel ontworpen en soms eigenhandig gemaakt werd door een beeldend kunstenaar. Ondanks de toen nog lage aankoopprijs was slechts een enkeling in dit type kunstenaarsboek geïnteresseerd. Toch bleef het kunstenaarsboek voor veel (jongere) kunstenaars een zeer aantrekkelijke kunstvorm. Ze konden daarin hun eigen, soms zeer afwijkende ideeën en opvattingen over kunst, mens en maatschappij aan een breed publiek kenbaar maken.
Dieter Roth en Ed Ruscha zijn te beschouwen als de belangrijkste wegbereiders voor het kunstenaarsboek van na 1950. Naast werken van hun hand, zullen er kunstenaarsboeken te zien zijn van onder anderen Sol LeWitt, Louise Bourgeois, Alberto Giacometti, Cy Twombly, Damien Hirst en Gerhard Richter.
Van Picasso tot Sol LeWitt – Het kunstenaarsboek na 1950, 15 maart t/m 13 juli in Museum Meermanno, Den Haag