Nieuws
Ruim tachtig jaar nadat het gestolen werd is een houten Nieuw-Guinees voorouderbeeldje beeldje weer terug in het Tropenmuseum in Amsterdam. Dit kleine sculptuur, dat een bijvrouw voorstelt, werd in de jaren dertig gestolen.
Daarna belandde het in de collectie van een Spaanse verzamelaar. Hoe het daar terecht is gekomen weet niemand. Na zijn overlijden liet de verzamelaar het beeldje na aan zijn zoon. Met behulp van een Nederlands familielid gaf hij het onlangs terug aan het Tropenmuseum. Daar is het nu weer te bewonderen in de vaste presentatie Nieuw-Guinea.
Het beeldje maakt deel uit van een beeldengroep van tien goden- en voorouderfiguren die afkomstig is van een dorp aan de Mayalibit-baai op het eiland Waigeo, in het westen van Nieuw-Guinea. De goddelijke familie bewaakte het welzijn van de mensen. Het gestolen beeldje, een bijvrouw van de oudste zoon van de scheppergod, is de kleinste van de set.
De groep bestaat uit een goddelijke figuur, de creatieve kracht van het universum, zijn twee zonen, en hun vrouwen. Tot de tien korwarfiguren (voorouderfiguren) behoort een schedelkorwar. Deze bevat de schedel van de stichter van de clan, die deze groep goden en een voorouder eerde en ter bescherming aanriep.
Het Tropenmuseum is blij dat de beeldengroep weer compleet is. Een groep beelden met een voorouder die wordt voorgesteld als afstammeling van de goden is namelijk uniek. Bovendien zijn voorstellingen van goden zeer zeldzaam in Papua.