0
0
Nieuws
Het Rijksmuseum toont vanaf vandaag twee zeventiende-eeuwse globes die het in langdurig bruikleen heeft gekregen. Ze werden gemaakt door de wereldberoemde kaartenmakers Willem en Johannes Blaeu.
De globes van eikenhout, gips, messing, metaal hebben ingekleurde gravures. Het ene exemplaar is een aardglobe met daarop de laatste ontdekkingen van verre landen en kolonies zoals Nieuw Nederland (New York). De andere is een hemelglobe met daarop planeten en sterrenbeelden. Volgens het museum zijn de globes superieur. Het graveerwerk moet een jaar in beslag hebben genomen.
Willem Blaeu (1571-1638) en zijn zoon en opvolger Johannes (1596-1673) waren de belangrijkste en meest innovatieve kaartenmakers van hun tijd. Zij verzamelden de gegevens die de Hollandse schepen vanuit de hele, toenmalig bekende, wereld mee terugnamen naar Amsterdam.
De bemanningsleden hadden de opdracht gegevens op te tekenen over de landen die zij aandeden en over de hemel die zij zagen. Vader en zoon Blaeu verwerkten deze observaties op kaarten en globes. De globes van vader en zoon Blaeu sierden in de zeventiende eeuw bibliotheken van vorsten en universiteiten en dienden vaak als (diplomatiek) geschenk.
Nieuwe ontdekkingen op de globes zijn onder meer delen van de westkust van Amerika en van de kust van Australië. De hemelglobe toont de zeventiende-eeuwse kennis van het firmament, inclusief recent ontdekte sterren.
De globes zijn gemaakt van gips rondom een houten stok tussen de beide polen. De buitenzijde is beplakt met gegraveerde, bedrukte en ingekleurde papieren stroken. De globes hangen in een meridiaanring van messing.
Het Rijksmuseum kreeg de globes in bruikleen van een verzamelaar. De exemplaren werden recent gerestaureerd door Sylvia Sumira, de belangrijkste restaurator van globes.
