Nieuws / Expositie
Het Metropolitan Museum of Art in New York toont vanaf woensdag 24 van de 29 portretten die Paul Cézanne (1839-1906) ooit maakte van zijn echtgenote Hortense Fiquet. Zij staat dan ook centraal in de tentoonstelling Madame Cézanne.
Hortense Fiquet (1850-1922) was behalve Cézannes vrouw, en de moeder van zijn enige zoon, ook het model dat hij het vaakst schilderde. Toch wordt haar overheersende aanwezigheid in Cézannes werk vaak genegeerd in publicaties over de Franse kunstenaar. Het Metropolitan zet haar daarom in de schijnwerpers.
Cézanne schilderde de getoonde portretten in een periode van ruim twintig jaar. Hoe hun samenwerking precies begon, is onbekend, maar het staat vast dat ze al in 1872, op haar 22ste, model stond voor haar latere echtgenoot. Uit dat jaar stamt namelijk een inmiddels verloren gegaan portret. Ze woonde inmiddels samen met de schilder en hun pasgeboren zoontje Paul. Pas in 1886 traden de twee in het huwelijk.
Het Metropolitan toont bruiklenen uit musea van over de hele wereld. Als noemt het onder meer Madame Cézanne in een rode fauteuil, uit het Museum of Fine Arts in Boston (uit omstreeks 1877), Madame Cézanne in een gestreepte jurk, uit het Yokohama Museum of Art in Japan (1883–85) en Madame Cézanne, uit Museum Berggruen in Berlijn (ongeveer 1885). Uit eigen collectie toont het Madame Cézanne in een rode jurk en Madame Cézanne in de serre (uit respectievelijk 1880-1890 en 1891).
Madame Cézanne, 19 november 2014 t/m 15 maart 2015 in het Metropolitan Museum of Art, New York