Recensie
Wie bij Würth werkt, de Duitse fabrikant van bevestigings- en montagematerialen, komt in aanraking met kunst. Directeur Reinhold Würth (1935) verzamelt sinds de jaren 60 kunstwerken uit de 20ste en 21ste eeuw en voorziet daar kantoren, kantines en andere werkruimten van zijn bedrijf mee. Want, zo zegt hij: “Als mensen in aanraking komen met kunst wordt zowel de levenskwaliteit alsook de arbeidskwaliteit vergroot”.
Door: Evert-Jan Pol
Maar na zo’n vijftig jaar verzamelen telt de collectie van de zakenman 16.000 werken en die kan hij niet meer allemaal kwijt in bedrijfsruimten. Daarom besloot hij zijn kunst te delen met het algemene publiek. Inmiddels zijn er vijftien Würth-musea in tien landen. In Nederland bevindt zich Kunstlocatie Würth, in het hoofdkantoor van Würth Nederland in Den Bosch.
Maar de collectie was nooit te zien in een museum dat niet van Würth zelf is. Tot deze week dan, want het Noordbrabants Museum toont een fijne selectie uit de verzameling. Würth koos de instelling zelf als locatie voor een tentoonstelling, want hij was onder de indruk geraakt van het in 2013 heropende museum en wilde graag samenwerken.
De expositie met de lange titel Hockney, Picasso, Tinguely en meer hoogtepunten uit de Kunstsammlung Würth belicht de ontwikkelingen in honderd jaar kunst. Ze begint daarom met postimpressionisme en voert via het expressionisme en surrealisme naar puur abstracte kunst. De werken vormen samen een fraaie kunstgeschiedenisles en tonen aan hoe Würth verzamelt. Hij laat zich niet beperken door een stijl, maar koopt wat hij mooi vindt.
De titel geeft al aan dat we werk van zeer verschillende kunstenaars kunnen verwachten. We zien een paar olijke ronde dikkerds van Fernando Botero, maar ook slankere en enigszins hoekige figuren van Picasso, een licht figuratief landschap van Edvard Munch en een indrukwekkende volstrekt abstracte creatie van Anselm Kiefer.
Het getoonde is voornamelijk tweedimensionaal, maar de selectie bevat ook enkele beelden. Daarvan valt de dynamische sculptuur L’illumination (Verlichting) van Jean Tinguely en Niki de Saint Phalle het meest op. In dit vrolijke beeld ontmoet de mechanische kunst van Tinguely de veelkleurige stijl van zijn echtgenote de Saint Phalle. Druk gerust de wel erg aanlokkelijke rode knop in en ontdek wat er gebeurt.
Er komen 62 werken voorbij. De meeste daarvan zijn voor het eerst in Nederland. En alleen daarom is de tentoonstelling al de moeite waard. Mooi is ook dat de expositie het publiek kennis laat maken met kunstenaars die in Nederland niet heel bekend zijn. Zoals de Venezolaan Jesús Rafael Soto. Van hem hangt er een enigszins hallucinerend werk dat vreemde dingen met de ogen doet. En ook de naam Rainer Fetting zal niet iedereen bekend in de oren klinken. Hij is vertegenwoordigd met een mooi kleurrijk zelfportret (met grote rode hoed).
Ruim aandacht is er voor de Britse kunstenaar David Hockney, aan wiens serie Three Trees near Thixendale een hele zaal is gewijd. De vier reusachtige schilderijen tonen steeds dezelfde drie bomen, in steeds een ander seizoen. Elk schilderij bestaat overigens uit acht kleinere doeken. Omdat een mens in werkelijkheid ook slechts een deel van een landschap in één oogopslag ziet, aldus de schilder.
Dat de schilderijen een eigen zaal hebben, is terecht, want ze hebben de ruimte nodig om tot hun recht te komen. Midden in de ‘Hockney-zaal’ staat een ruime bank die het de bezoeker mogelijk maakt op zijn gemak Hockneys versie van de vier jaargetijden in zich op te nemen.
Expositiesamensteller Yvette van der Zande heeft bij Würth speciaal om deze Hockneys gevraagd. “Ze zaten niet tussen de werken waar we uit mochten kiezen, maar we wilden ze heel graag hebben.” Mede omdat het museum de tentoonstelling zo kon presenteren in het kader van het themajaar Van Gogh 125 jaar inspiratie. In drie landen wordt dit jaar Van Goghs 125ste sterfjaar herdacht. Het Noordbrabants Museum koos voor Hockney omdat deze Vincent van Gogh noemt als een grote inspiratiebron.
Doordat ze een eigen zaal hebben, vormen de Hockneys eigenlijk een aparte expositie. En de link met Van Gogh is hier ook het duidelijkst. Maar ze horen als topstukken wel degelijk thuis op de tentoonstelling. Het museum wil daar immers het beste tonen uit een van de grootste bedrijfscollecties ter wereld. En hoewel het hier om een relatief kleine selectie gaat, lijkt het daarin geslaagd.
Hockney, Picasso, Tinguely en meer hoogtepunten uit de Kunstsammlung Würth, 21 februari t/m 17 mei in het Noordbrabants Museum, Den Bosch
Waardering: @@@@@@@@@@