Recensie
Elke expositie kent zo haar publieksfavoriet. Die van Kleur ontketend in Gemeentemuseum Den Haag is zeer waarschijnlijk Jan Sluijters’ Bal Tabarin. Deze kleurexplosie werkt als een magneet op de bezoekers, die ook op een doordeweekse dag massaal toestromen.
Tekst en foto’s: Evert-Jan Pol
De kleuren spatten van dit dynamische schilderij af, dat daarom ook niet had kunnen ontbreken. Sluijters schilderde het in 1907 na een bezoek aan de populaire Parijse nachtclub Bal Tabarin. Vermoedelijk getroffen door het moderne elektrische licht gaf hij het weer als een soort fonkelende sterrenhemel.
Het werk uit de collectie van het Stedelijk Museum stamt uit een periode (1885-1914) waarin Nederlandse en Belgische kunstenaars kleur een hoofdrol lieten spelen in hun werk. Soms natuurgetrouw, maar vaker een stuk fantasievoller. De schilders ontdeden kleur van haar ketens.
Een goed en mooi voorbeeld is Lieuses (Schovenbindsters) van Kees van Dongen, uit 1905. Afgezien van de twee titelfiguren is het doek volledig geel: een geel-oranje bodem tegen een gele hemel. Met dit schilderij toont de expositie een voor veel mensen onbekendere kant van de tot Fransman genaturaliseerde kunstenaar. De meesten kennen hem toch vooral van zijn vrouwenportretten.
Het is altijd mooi om verrast te worden tijdens een tentoonstelling en dat gebeurt nog een keer. Voor mij was het bijvoorbeeld nieuw dat Jan Toorop zich ooit ook waagde aan het pointilisme. Maar het doek Alcoholisme uit 1888 heeft toch alle kenmerken van die van oorsprong Franse stijl.
Toorop kwam daarmee in aanraking als enig Nederlands lid van de Belgische vernieuwingsgezinde kunstenaarsgroep Les Vingt. Pointilist Paul Signac, een van de twee enige Franse leden, beïnvloedde hem. Op zijn beurt bracht Toorop de moderne kunst vanuit Brussel naar Nederland. Waar kunstenaars als Piet Mondriaan, Leo Gestel en Sluijters naar hartenlust experimenteerden met kleur.
Vooral laatstgenoemde toonde zich een kleurenmeester. Sluijters is niet voor niets een van de best vertegenwoordigde kunstenaars op deze vrolijk makende tentoonstelling. Soms hield hij zich nog in, zoals op het aandoenlijke en redelijk ingetogen werk Kinderslaapkamer. Een boeket felrode bloemen steekt af tegen de overige rustige pasteltinten. Een pak uitbundiger is Villa Vita Nuova, waarop hij zich volledig liet gaan. Een paars huis met rood dak staat in een bonte bloemenzee. Beide schilderijen maakte hij in 1910, waaruit blijkt dat hij verschillende richtingen verkende.
Een belangrijke inspiratiebron voor Sluijters was Vincent van Gogh, wat heel goed te zien is op het al eerder genoemde Bal Tabarin. De lichtslierten aan het plafond doen sterk denken aan Van Goghs Sterrennacht. Dat hier niet hangt, maar te zien is op een andere grote tentoonstelling. Van Gogh is overigens wel uitgenodigd voor het heerlijke kleurenfeest in Den Haag en nam twee landschappen mee. Waaronder Tuin te Arles, met daarop een breed palet aan kleurige bloemen.
Zijn Belgische collega Rik Wouters kreeg een hele zaal tot zijn beschikking. Hij werd slechts 33 jaar, maar liet een omvangrijk oeuvre na, dat bol staat van kleur. Zijn sprankelende Herfst hoort bij de mooiste werken van Kleur ontketend. Het model is Wouters’ echtgenote, die in de zaal vanaf een sokkel naar haar eigen beeltenis kijkt. In Nederland is hij veel minder bekend dan in zijn vaderland, maar in Den Haag krijgt hij nu de aandacht die hij verdient. Op een zeer toepasselijk podium.
Kleur ontketend, t/m 3 januari 2016 in Gemeentemuseum Den Haag
Waardering: @@@@@@@@@@