Nieuws
Het Stedelijk Museum heeft veertien meubelen van Gerrit Rietveld en een collagezelfportret van de Duitse dadaïst Kurt Schwitters gekregen. Het ontving de schenking van verzamelaarsechtpaar Martijn en Jeannette Sanders.
Het echtpaar Sanders kocht de meubelen van Rietveld ooit zelf. De collage van Schwitters was in het bezit van de Piet Sanders, vader van Martijn, die het lang geleden aan zijn zoon schonk. Martijn Sanders schenkt het werk nu aan het Stedelijk Museum, ter nagedachtenis aan zijn vader, die in 2012 overleed en tijdens de directieperiode van Willem Sandberg in de aankoopcommissie van het museum zat.
De veertien meubelen van Gerrit Rietveld waren eerder al in langdurig bruikleen gegeven aan het Stedelijk Museum. Het gaat om de Amsterda-serie: ontwerpen uit de oorlogsperiode, gemaakt voor de gelijknamige ontspanningsruimte van de Amsterdamsche Bank in Amsterdam en Den Haag.
De serie bevat onder meer twee beuken (kinder)armstoelen uit 1942 (de enige twee exemplaren van dit model die bekend zijn), het vermoedelijke eiken prototype, een variatie met grijze zitting en een lage Amsterda van witgeverfd eikenhout uit hetzelfde jaar. Uit 1945 stammen een kinderbed van Rietveld, een witte ‘kratstoel’, drie groene lage tuinstoelen en een oranje exemplaar, twee krukjes en een tuintafel. Veel van deze meubelen zijn waarschijnlijk unica.
Gerrit Rietveld vervaardigde deze meubelen zelf, wat bijzonder is, omdat hij sinds midden jaren twintig zijn ontwerpen liet uitvoeren door Gerard van de Groenekan. Rietveld maakte de meubelen toen hij tijdens de oorlogsjaren verbleef bij de familie Jesse in Breukelen. De tuinmeubelen en het bed zijn waarschijnlijk voor hen ontworpen.
De geschonken Schwitters-collage, Eine Ichzeichnung uit 1935, is op dit moment in het Stedelijk te zien in een zaal gewijd aan de culturele beweging Dada. Kurt Schwitters was een van de belangrijkste avant-gardekunstenaars van de eerste helft van de twintigste eeuw. Hij was een groot verzamelaar van allerlei materiaal dat van ‘slechte smaak’ getuigde: entreebiljetten; krantenknipsels; tram- en buskaartjes; papiersnippers en sigarettenpakjes. Hij verwerkte die in zijn absurdistische collages.