Het Stedelijk Museum presenteert deze zomer de eerste museale solotentoonstelling in Nederland van de Zuid-Afrikaanse fotografe en lgbt-activiste Zanele Muholi. Ze fotografeert de zwarte lesbische en transgendergemeenschap in Zuid Afrika.
Met haar foto’s eist ze zichtbaarheid op voor een gemeenschap die weliswaar sinds 1996 wettelijke bescherming geniet maar in de praktijk vaak op gruwelijke wijze correctief wordt verkracht, gediscrimineerd en aangevallen. Muholi: “We hebben veel mensen verloren als gevolg van hate-crimes. Je weet nooit of je iemand de volgende dag weer zult zien.”
Als primeur voor Nederland zal haar meest recente serie Somnyama Ngonyama (Hail the Black Lioness) te zien zijn. In deze reeks zelfportretten beeldt Muholi (1972) zichzelf af in de vele gedaanten die zij als zwarte lesbische vrouw belichaamt, in vaak theatrale ensceneringen. Met extreem hoge zwart-witcontrasten legt ze de nadruk op haar blackness.
“Haar benadering doet denken aan de vroege Cindy Sherman, al is Muholi’s politiek engagement explicieter”, aldus conservator Hripsimé Visser. “Waar Sherman in de jaren 80 geïnspireerd werd door vrouwelijke personages in B-films verbeeldt Muholi herkenbare versies van blackness waarmee wij de zwarte vrouw identificeren, en verwijst daarmee naar actuele discussies over stigmatisering en stereotypering.”
Het Stedelijk Museum zal ook een ruime selectie tonen uit twee andere belangrijke series: Faces and Phases en Brave Beauties. Laatstgenoemde is een ode aan de verleidingskunst en extravaganza van transgenders en Faces and Phases bestaat uit portretten van lesbiennes. In het gelijknamige boek uit 2014 zijn naast de foto’s teksten opgenomen gebaseerd op interviews die inzicht geven in de schrijnende werkelijkheid van het leven in een homofobe maatschappij. Het zijn veelal klassieke opnamen van zelfbewuste en tegelijkertijd kwetsbare vrouwen die in Zanele’s woorden “zowel een visueel statement vormen als een archief, en een vaak onzichtbare gemeenschap vastleggen, in kaart brengen en bewaren voor het nageslacht”.
Uitgangspunt voor Muholi’s werk is dat de vrouwen zich deelnemers voelen aan haar project en zich nadrukkelijk willen presenteren als lesbiennes dan wel transgenders. Verschillenden van hen volgt zij door de jaren heen en op de tentoonstelling is een monumentale wandvullende montage van hun portretten te zien.
Voordat Muholi zich toelegde op de fotografie was ze kapster en in de serie Somnyama Ngonyama komt haar affiniteit met haar terug. Ze speelt daarin met de culturele verwijzingen die de vaak zo complexe Afrikaanse kapsels bevatten, door zich te tooien met haarcreaties waarin volstrekt banale huishoudelijke voorwerpen zijn verwerkt, zoals wasknijpers of schuursponsjes. Die serie is nog in ontwikkeling en moet uiteindelijk resulteren in 365 zelfportretten, één voor elke dag van het jaar.
Zanele Muholi, 8 juli t/m 15 oktober in Stedelijk Museum, Amsterdam