0
0
Het Stedelijk Museum en het Literatuurmuseum hebben beide een bedrag van 1 miljoen euro gekregen uit de erfenis van schrijver Jaap Harten. Het Literatuurmuseum gebruikt de gift voor museale herinrichting. Het Stedelijk zoekt nog een goede bestemming.
“Dit legaat is een schitterend geschenk en laat zien hoe krachtig de reputatie van het museum is, en hoe verbonden mensen zich ermee voelen”, aldus waarnemend directeur Jan Willem Sieburgh van het Stedelijk. “Jaap Harten had een grote liefde voor moderne kunst en vormgeving die zich ruimschoots in de collectie van het museum bevinden.”
Directeur Aad Meinderts van het Literatuurmuseum toont zich eveneens verheugd. “Een prachtig gebaar van Jaap Harten, die overigens van 1960 tot 1974 in dienst was bij het museum en zich onder meer bezighield met de ordening van letterkundige archieven. Jaap heeft ook zijn eigen literaire archief aan het museum vermaakt. Daarin bevinden zich foto’s, handschriften van eigen werk en brieven van onder anderen Frans Kellendonk en Gerard Reve. Juist in een periode waarin het museum zich oriënteert op nieuwe huisvesting en de museale herinrichting zelf zal moeten financieren, is het bedrag een heel bemoedigend begin.”
Jaap Harten (1930-2017) debuteerde in 1954 met de gedichtenbundel Studio in daglicht. Hierna schreef hij nog vier andere poëziebundels. Daarna volgden Operatie Montycoat en de roman die hem bekendmaakte: De getatoeëerde Lorelei (1968), over een aantal verschoppelingen in het vooroorlogse Duitsland van Hitler.
In 1988 richtte de schrijver samen met zijn partner, schilder Oskar Lens (1930-2017), het Stichting Jaap Harten Fonds op. Dat ondersteunt projecten in de Nederlandse kunst en letteren, vooral die vanaf 1880 tot nu. Het fonds richt zich in het bijzonder op auteurs en uitgevers van (auto)biografieën, bezorgers van correspondentie, onderzoeks- en restauratieprojecten van Nederlandse musea of archieven en de verwerving van manuscripten van Nederlandse cultuurdragers.
