Koning Willem-Alexander heeft gisteren in het Van Gogh Museum de tentoonstelling Van Gogh & Japan geopend. Deze is vanaf vandaag te zien is voor het publiek.
Met ongeveer 60 schilderijen en tekeningen van Van Gogh en een selectie Japanse prenten laat de expositie zien hoe veelomvattend Vincent van Goghs bewondering voor deze kunst was en hoe ingrijpend zijn werk erdoor veranderde. Werk uit musea en particuliere collecties van over de hele wereld kwam daarvoor naar Amsterdam, waaronder Zelfportret met verbonden oor uit 1889. Dat schilderij uit de collectie van The Courtauld Gallery in Londen was sinds 1930 niet meer in Nederland te zien.
Van Goghs kennismaking met de Japanse prentkunst was bepalend voor de richting die hij als kunstenaar insloeg. Tijdens zijn verblijf in Parijs (1886-1888) raakte hij in de ban van de ukiyo-e, 19de-eeuwse Japanse kleurenhoutsneden, en ging hij deze prenten op grote schaal verzamelen.
Wat hem zo bewonderde in de kleurrijke voorstellingen waren de ongewone composities, de grote vlakken in felle kleuren en de aandacht voor details uit de natuur. De drie opmerkelijke schilderijen die hij in Parijs maakte naar Japanse prenten vormden zijn eerste verkenningen van dit nieuwe artistieke voorbeeld.
Al snel beschouwde Van Gogh de Japanse kunst als een ijkpunt voor zijn werk, zoals blijkt uit zijn brieven uit Arles, waar hij begin 1888 naartoe verhuisde met het idee dat het zuiden van Frankrijk “gelijk staat met Japan”. Hij leerde daar “meer met een Japanse blik” te kijken en maakte “schilderijen zoals de Japanse prenten”. In Van Gogh & Japan is te zien hoe Van Gogh steeds meer in de geest van het Oosterse voorbeeld ging werken, waarbij de nadruk lag op een kleurrijk, uitgesproken palet.
Van Gogh & Japan, t/m 24 juni in het Van Gogh Museum, Amsterdam