Verschrikkelijk vond Sir Winston Churchill het portret dat schilder Graham Sutherland in 1954 van hem maakte. Het schilderij was bedoeld als cadeau ter ere van de tachtigste verjaardag van de toenmalige premier van het Verenigd Koninkrijk. Die weigerde het echter. Aflevering negen van het eerste seizoen van de Netflix-serie The Crown gaat over deze affaire.
Tekst: Evert-Jan Pol
Churchill (1874-1965) was tweemaal premier van het Verenigd Koninkrijk: van 10 mei 1940 tot 26 juli 1945 en van 26 oktober 1951 tot 5 april 1955. Hij loodste zijn land door de Tweede Wereldoorlog. Minister van buitenlandse zaken Halifax wilde onderhandelen met de Duitsers, maar de premier besloot om door te vechten. Mede door die beslissing versloegen de geallieerden de nazi’s uiteindelijk.
Als oorlogspremier oogstte hij veel respect en hij zou uitgroeien tot een van de belangrijkste staatslieden van de twintigste eeuw. Niet verwonderlijk daarom dat het House of Commons en House of Lords (respectievelijk de Tweede Kamer en Eerste Kamer van het Verenigd Koninkrijk) hem op zijn tachtigste verjaardag wilden eren met een geschilderd portret.
Graham Sutherland (1903-1980) kreeg het verzoek de premier te portretteren. Hij had al naam gemaakt als kunstenaar. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij bijvoorbeeld een door de overheid aangestelde oorlogskunstenaar. Hij bracht het verwoestende effect van de oorlog op gebouwen in beeld. In 1951 kreeg hij de opdracht voor het wandtapijt Christ in Glory in the Tetramorph in Coventry Cathedral. Hij zou elf jaar werken aan het werk dat met 23 bij 12 meter geldt als een van de grootste wandtapijten uit één stuk.
De schilder bezocht de staatsman enkele malen op diens landgoed Chartwell. Daar maakte hij houtskoolschetsen van zijn model. Volgens de aflevering van The Crown vond dit onder meer plaats in Churchills eigen atelier – de politicus was zelf een fanatiek amateurschilder.
Nadat hij studies had gemaakt – ook in olieverf – begon Sutherland aan het eigenlijke portret. Op een groot rechthoekig doek is Churchill te zien in een zittende houding, zijn armen rustend op de stoelleuningen. De schilder maakte de politicus niet mooier dan hij was. Hij schilderde een enigszins slonzige nors kijkende heer op leeftijd.
Waarschijnlijk was dat de reden dat het uiteindelijke resultaat Churchill niet beviel. Tegen zijn privé-arts Lord Moran zou hij gezegd hebben het een “vies” en zelfs “kwaadaardig” portret te vinden. Hij vond dat hij er uitzag als een dronkenlap die uit de goot was geplukt.
Ondanks dat hij het portret haatte, ging hij toch akkoord met de door de BBC live uitgezonden presentatie in Westminster Hall. Anders had hij de financiers van het doek tegen het hoofd gestoten. In zijn toespraak noemde hij het portret “een opmerkelijk voorbeeld van moderne kunst”. Deze opmerking wordt algemeen beschouwd als een als compliment vermomde belediging.
Na de ceremonie nam Churchill het portret wel mee naar huis, maar hij heeft het nooit opgehangen. Na het overlijden van zijn echtgenote Clementine in 1977 bleek dat deze het schilderij kort na ontvangst heeft laten vernietigen. Het belandde op een brandstapel en ging in vlammen op.
Inmiddels wordt het portret gezien als een verloren meesterwerk.