Recensie
Eigenlijk zou Zoro Feigl al in het voorjaar van 2020 een grote solotentoonstelling krijgen in Stedelijk Museum Schiedam, maar een niet nader te noemen virus gooide toen roet in het eten. En het jaar daarop zorgde een renovatie en daarmee gepaard gaande sluiting andermaal voor uitstel. Maar zoals het gezegde luidt, is drie keer scheepsrecht, dus dit jaar mocht de Nederlandse kunstenaar dan toch eindelijk de helft van het museumgebouw overnemen met zijn wonderlijke installaties.
Tekst en beeld: Evert-Jan Pol
Leest u de site graag en heeft u wel een zakcentje over voor een arme schrijver? Klik dan op de knop ‘doneren’.
Een nieuwe lente en een nieuw geluid; in het vernieuwde Stedelijk Museum Schiedam komt dat nieuwe verfrissende geluid van Zoro Feigl (1983). Met zijn kinetische creaties laat hij zien dat de kunst niet stil staat, maar voortdurend in beweging is, in zijn geval wel heel letterlijk. In Feigls wereld is niets statisch, maar lijkt alles te leven.
Speciaal voor deze tentoonstelling maakte Feigl zes dynamische installaties, voor elke zaal één. In de ene ruimte draait water rondjes en even verderop loopt dat juist naar boven. In een andere zaal ligt een vloer die nu niet bepaald vaste grond onder de voeten biedt. En dan zijn er nog vuurvliegjes en dansende en zingende metalen slingers.
Zoro Feigl, Lianen, 2022.
Feigls werk oogt groots en overweldigend maar ook rustig en relaxt. Die dubbelheid geldt voor meer. “Je kunt de branding van de zee en een zonsondergang een spektakel noemen, maar evengoed rustgevend”, zegt de kunstenaar. “Het ligt aan jou en je gemoedstoestand hoe je iets ervaart. In mijn werk zit altijd herhaling. In die zin is het minimalistisch en meditatief.”
Veel van zijn creaties beginnen als experimenten. Als hij iets interessants vindt, brengt hij het zijn atelier binnen waarna hij ermee gaat knutselen als een soort MacGyver. Deze ex-spion uit de gelijknamige Amerikaanse televisieserie uit de jaren 80 kon alles maken van niets. De eveneens uitermate vindingrijke Zoro Feigl maakt verbluffende creaties die ieders aandacht weet te vangen, van jong tot oud.
Zoro Feigl, Zwermen, 2020, Stedelijk Museum Schiedam.
De kunstenaar noemde zijn solotentoonstelling Zonvonkengesproei, ontleend aan aan het gedicht Mei van Herman Gorter uit 1889. In dat poëtische verhaal, dat begint met de inmiddels gevleugelde uitspraak “Een nieuwe lente en een nieuw geluid” wordt het meisje Mei verliefd op de jonge god Balder.
Daarop verscheen midden in het sneeuwijs / Van blakend stof en rots, blank-rood lichaam / Van een jong God, zijn voeten liepen saâm / Vooruit om beurten, om zijn hoog hoofd woei / Het bossig haar met zonvonkengesproei.
In de expositie zou de titel kunnen slaan op het drie meter hoge en vijftien meter lange werk Getij. Uit de zonkleurige wand lijkt het water loodrecht naar boven te sproeien. Het fascinerende schouwspel is een van de twee installaties waarvoor bankjes zijn geplaatst (het andere is Fosfenen). Het enigszins meditatieve Getij verdient het om langer naar te kijken.
Dat Feigls solo tot tweemaal toe moest worden uitgesteld is een geluk bij een ongeluk. Want nu heeft het vernieuwde Stedelijk Museum Schiedam bij zijn heropening een perfecte start. De spectaculaire tentoonstelling heeft het in zich een grote publiekstrekker te worden. En daar is het museum vast blij mee na twee rustige jaren.
Zonvonkengesproei, t/m 11 september in Stedelijk Museum Schiedam
Waardering: @@@@@@@@@@