Recensie
Net als een particuliere verzamelaar wil ook een museum zijn collectie steeds weer uitbreiden. Een echte verzamelaar raakt immers nooit uitverzameld. In de collectietentoonstelling Van Oerbeest tot rokende croissant toont Stedelijk Museum Schiedam werken die het de afgelopen drie jaar kocht of kreeg.
Tekst en foto’s: Evert-Jan Pol
Leest u de site graag en heeft u wel een zakcentje over voor een arme schrijver? Klik dan op de knop ‘doneren’.
Het museum voor moderne en hedendaagse beeldende kunst richt zich sinds de jaren vijftig op ’thans levende beeldende kunstenaars’ in Nederland. Dat was destijds een gedurfde stap, want vaak ging en gaat het om kunstenaars die nog volop aan de weg timmer(d)en in plaats van gevestigde namen. Maar beginnende kunstenaars kunnen uiteraard uiteindelijk ook bekendheid krijgen, laat de expositie goed zien. Namen als Yael Bartana (1970), Alicia Framis (1967), Navid Nuur (1976) en Jennifer Tee (1973) kom je steeds vaker tegen.
Het museum koopt zeer uiteenlopende werken, blijkt eveneens uit de presentatie. Foto’s, schilderijen, tekeningen, installaties, beeldhouwwerken en wandtapijten bestaan hier naast elkaar. In de verzameling bevindt zich onder meer een foto van een zwarte vrouw met een pareloorbel van Jenny Boot (1969) – vrij naar Vermeers Meisje met de parel – Jenny Boot (1969), een door Femmy Otten (1981) gemaakte houten kraan, die geen water spuwt, maar neuzen en ogen en twee schilderijen van geplooid textiel, van Robin Speijer (1997) en vier met rookbommen ingekleurde doeken van Navid Nuur.
Recente aanwinsten krijgen in de tentoonstelling gezelschap van werken die al langere tijd in het bezit waren van het museum. Zoals daar zijn een futuristisch bouwwerk van Constant (1920-2005), een lichtelijk kubistisch schilderij van Corneille (1922-2010), een portret van een theedoek, door Daan van Golden (1936-2017), de slaapwandelende haan van Jan Nieuwenhuijs (1922-1986) en een mysterieuze, maar letterlijk toegankelijke tent van Mari van Elk (1943).
De titel van de tentoonstelling is ontleend aan twee kunstwerken in de tentoonstelling: het Oerbeest van Karel Appel (1921-2006) – uiteraard ontbreekt hij niet – en een wandtapijt van Koen Taselaar (1986). De Appel kocht het museum al in 1955 en Taselaars tapijt is een recente aanwinst. De Rotterdamse kunstenaar gaf zijn werk de even merkwaardige als lange titel After Long Consideration And Soul Searching The Smoking Croissant Turned Out To Be My Mom mee. Het is even zoeken, maar het bekende Franse broodje is wel ergens te vinden.
De expositietitel geeft ook aan dat de tentoonstelling een ontdekkingsreis is door zo’n zeventig jaar verzamelen. Een bezigheid die leidde tot uitermate gevarieerd collectie. Die net als de expositie nooit verveelt.
Van Oerbeest tot rokende croissant, t/m 26 juni in Stedelijk Museum Schiedam
Waardering: @@@@@@@@@@