Het Centraal Museum in Utrecht en het Stedelijk Museum Amsterdam hebben de handen ineen geslagen en samen een belangrijke aankoop gedaan. Het gaat om een kinderstoel van de hand van architect en meubelontwerper Gerrit Rietveld (1888-1964).
Rietveld maakte deze stoel, naar een ontwerp uit 1918, begin jaren ’20 speciaal voor Hendrikus Johannes Witteveen, de latere minister van Financiën. De kinderstoel wordt beschouwd als een sleutelstuk in het oeuvre van Rietveld, omdat hij qua model en kleurgebruik een voorloper is van de beroemde Roodblauwe stoel.
Het zitmeubel laat de ontwikkeling van Rietvelds kleurgebruik in deze periode zien, waarin hij met de typerende primaire kleuren experimenteerde. Dit is voor het onderzoek naar zijn vroege ontwikkeling van groot belang, omdat er relatief weinig werk uit deze periode exact kan worden gedateerd.
Het Centraal Museum heeft de grootste Rietveldcollectie ter wereld en de verzameling van het Stedelijk Museum is de op één na grootste. De stoel wordt onderdeel van beide collecties. Het meubelstuk is de helft van de tijd in Utrecht en de andere helft in Amsterdam te bewonderen. Dit is onder meer afhankelijk van tentoonstellingen.
Maar eerst, vanaf donderdag 4 december, is de Rietveldstoel als topstuk nummer 126 te zien op de expositie 125 grote liefdes in het Van Gogh Museum, de jubileumtentoonstelling van de Vereniging Rembrandt. Het stuk is namelijk aangekocht met steun van deze vereniging.