Institut Néerlandais in Parijs toont momenteel kunst uit de Collectie Frits Lugt. De 115 werken werden in de afgelopen honderd jaar verzameld. Samen schetsen ze een beeld van drie eeuwen (Nederlandse) schilderkunst.
De Collectie Frits Lugt bestaat voor een groot deel uit werk van Nederlandse kunstenaars, onder wie Jozef Israëls (1824-1911) en George Hendrik Breitner (1857-1923). Maar ook hun Vlaamse collega’s zijn er vertegenwoordigd. Van Jan de Oude, ook wel aangeduid als de Fluwelen Brueghel (1568-1625), is bijvoorbeeld Bezoek aan de pachthoeve te zien. In dat werk liet hij de aan het pauselijk hof geliefde landschappen en bloemstillevens achter zich om te variëren op het boerenthema en de grisailletechniek waar zijn vader, Pieter Bruegel de Oude, zo in uitblonk.
Kunstkenner en verzamelaar Frits Lugt (1884-1970) startte ooit deze collectie, die behalve van Nederlanders en Vlamingen ook werk van Deense, Italiaanse, Franse en Engelse kunstenaars bevat. Een vertegenwoordigde Engelsman is Richard Parkes Bonington (1802-1828), de jong gestorven schilder die veel invloed op de impressionisten had. Van hem is het poëtische Gezicht op Venetië te zien.
Inmiddels wordt de verzameling beheerd door Fondation Custodia, die haar tot op de dag van vandaag uitbreid. Recent nog werd aan de sectie Gouden Eeuw een portret van een goudgelokt meisje van Nicolaes Maes (1634-1693) en Samson en Dalila van Adriaen van der Werff (1659-1722) toegevoegd. In 2010 is de collectie verrijkt met bijna zestig olieverfschetsen op papier.
De expositie Un Univers intime toont voor het eerst enkele van deze schetsen. Voorbeelden zijn een gezicht in Bretagne en een kleurrijke impressie van een soek in Algiers door Eugène Isabey (1804-1886) en De abdij van Santa Scolastica in Subiaco door Achille Etna Michallon (1796-1822).
Un Univers intime – Schilderijen uit de Collectie Frits Lugt, t/m 27 mei in Institut Néerlandais, Parijs