Museum de Fundatie in Zwolle heropent op 1 juni met drie tentoonstellingen. Op deze dag is het museum open tot 10 uur ’s avonds en is de entree gratis.
Het Paleis aan de Blijmarkt is tegen die tijd uitgebreid met een opvallende opbouw, door het museum zelf Het oog genoemd. In Zwolle circuleren echter ook andere namen, zoals de ufo en het ruimteschip.
De uitbreiding, een ontwerp van Hubert-Jan Henket, biedt plaats aan twee tentoonstellingszalen met een gezamenlijk oppervlak van bijna duizend vierkante meter. Een groot ovaal raam geeft uitzicht op de historische binnenstad. Aan de buitenkant is de opbouw bekleed met 55.000 wit-blauwe tegels.
De opening wordt gemarkeerd met drie tentoonstellingen, waaronder de eerste grote solo-expositie van de Nederlandse fotograaf Pieter Henket. Op 19-jarige leeftijd vertrok hij naar New York en maakte daar op stormachtige wijze carrière.
De tweede tentoonstelling is ook een solo, maar dan van Jeroen Krabbé. Dum Vivimus Vivamus toont veertien monumentale schilderijen, die hij baseerde op zijn eigen kindertekeningen. In de schilderijen onderzoekt Krabbé zijn jeugdjaren.
Dans op de vulkaan – Kunst en leven in de Republiek van Weimar belicht de turbulente periode tussen de twee wereldoorlogen in Duitsland. Op de tentoonstelling, die tot stand is gekomen in samenwerking met de Akademie der Künste Berlin, is werk van ruim dertig kunstenaars te zien. Onder hen Käthe Kollwitz, George Grosz en Max Beckmann.