Recensie
Je zou de tentoonstelling zomaar mis kunnen lopen, want ze vindt plaats in het auditorium. Een plek die menig bezoeker overslaat. Toch toont het Noord-Veluws Museum daar werk van Jaap Hiddink.
Tekst en foto’s: Evert-Jan Pol
Het heeft wel iets moois: een ruimte die lang niet altijd in gebruik is, te bestemmen voor een (kleine) expositie. De zaal is normaal vermoedelijk nogal kaal, maar oogt dankzij de aansprekende schilderijen die er nu hangen een stuk aantrekkelijker.
De werken van Hiddink verdienen echter wel wat meer aandacht dan ze nu krijgen. Ze zijn nu toch een beetje verstopt. De kleurrijke voorstellingen, vaak licht impressionistisch, met soms een expressionistisch tintje, zouden op een groter podium beter tot hun recht komen.
Maar ze hangen er tenminste en dat is het belangrijkste. De schilderijen van deze schilder horen in een museum in Nunspeet, het dorp waar Hiddink zijn hele leven woonde.
De natuur in het dorp en de gelijknamige gemeente trok hem al jonge leeftijd aan en speelt daarom een grote rol in zijn werk. Heel mooi is een voorstelling met wilde zwijnen in een besneeuwd bos.
Belangrijk voor zijn ontwikkeling als kunstschilder was Jos Lussenburg, die op de begane grond van het museum een grotere tentoonstelling heeft. Met hem trok hij veel op, op zoek naar schilderachtige plekjes op de Veluwe en langs de voormalige Zuiderzee.
Hoewel hij een getalenteerd schilder was, was kunstenaar niet zijn enige beroep. Samen met zijn vrouw dreef hij in Nunspeet een drogisterij annex fotozaak. Ook was hij gemeenteraadslid en wethouder (van 1966 tot 1973), namens de mede door hem opgerichte partij Gemeentebelang.
Kunst liep wel altijd als een rode draad door zijn leven. In zijn drogisterij verkocht hij ook kunstschildersmaterialen, waardoor hij in contact kwam met veel kunstenaars. En samen met collega-kunstenaar Cor Vrendenberg richtte hij in 1968 de Nunspeetse Vrije Akademie voor de kunsten op. Deze bestaat nog steeds, onder de naam Vrije Academie Nunspeet. Hij gaf er zelf ook les.
Hiddink (1910-2000) bleef tot zijn dood schilderen, blijkt uit een krantenartikel in de vitrine. “Als ik niet meer schilderen kan, ben ik niets”, zei hij daarin. En: “Ik ben impressionist en schaam me daar niks voor.” En waarom zou hij ook? Het was een stijl die hij goed beheerste, zoals wel blijkt uit de verborgen pareltjes in de Rabozaal.
Jaap Hiddink, een veelzijdige Nunspeetse impressionist, t/m 2 april in het Noord-Veluws Museum, Nunspeet
Waardering: @@@@@@@@@@